De as-built-structuur wordt automatisch op basis van artikeltransacties nacalculatorisch aangemaakt of gewijzigd door uitgifte, levering en ontvangst van productie, inkoop en klant. Wanneer bijvoorbeeld een motorblok in een auto wordt geplaatst dan wordt het object 'motorblok' gekoppeld aan het doelobject 'auto'.
Een klant heeft in het verleden een machine (een object) besteld en bestelt nu een reserveonderdeel. In het doelobject geeft u dan op voor welke machine het onderdeel bedoeld is. Bij levering kan dan de as-built van het object worden bijgewerkt.
U vult een referentieobject als doelobject in. Bij een bouwproject schrijven verschillende toeleveranciers als aannemers in op het project. Meerdere toeleveranciers vragen een offerte aan waarbij gerefereerd wordt aan hetzelfde project (het referentieobject). Uiteindelijk wordt het project maar door één toeleverancier uitgevoerd. Het referentieobject wordt in een latere fase van de order gebruikt als afleveradres en nog later als locatieobject waarin zich de geleverde objecten bevinden.
Let op: Een objectgebonden artikel kan pas verzonden worden als er een objectcode aan is toegekend.
Voorbeelden van het gebruik van doelobjecten