U gebruikt omschrijvingstypes wanneer u werkt met de verkoopconfigurator, de productieconfigurator of de module Objecten.
In het bestand Omschrijvingstypes registreert u de soorten omschrijvingen die u onderscheidt. De omschrijvingstypes worden vervolgens gebruikt in het bestand Kenmerken:
In het scherm Basisgegevens dient u op het tabblad Kenmerken één omschrijvingstype als voorkeurswaarde in te stellen. Bij het configureren van een artikel of object worden van zowel het kenmerk als de mogelijkheden alleen de omschrijvingen getoond van het ingestelde basistype, bijvoorbeeld alleen de Nederlandse benamingen voor de kenmerken en omschrijvingen. Een kenmerk zoals 'Kleur' kan namelijk meerdere omschrijvingen bevatten (bijvoorbeeld in verschillende talen) en voor de mogelijkheden die bij het kenmerk horen (rood, groen, blauw) geldt hetzelfde.