Dit tabblad toont het daadwerkelijke SQL-statement van de preset. Het SQL-statement bevat ook de eventuele parameters. Parameters worden aangegeven met een dubbele punt.
Een parameter mag maar één keer voorkomen. Wilt u een parameter toch vaker gebruiken, dan kunt u dit oplossen door een SQL-parameter te gebruiken en deze te vullen met de presetparameter. De SQL-parameter mag u onbeperkt gebruiken.
N.B.: Vrijwel alle Isah-presets zijn gebaseerd op stored procedures. In dat geval ziet u dus niet de eigenlijke SQL-code, maar alleen een procedurenaam.
Voorbeeld
Een SQL-statement met parameter zou er als volgt uit kunnen zien:
select * from country
where CountryCode = :CountryCode
Tip: In het tekstblok waar u de SQL-statements invoert, heeft u dezelfde mogelijkheden als in het scherm waarin u scripts toevoegt. Zo kunt u met de toetsencombinatie CTRL-spatiebalk een overzicht oproepen van alle beschikbare SQL-statements.