Dit is de datum waarop het vaste activum is aangeschaft. De afschrijvingen gaan pas lopen op de datum van ingebruikname: de datum waarop het vaste activum daadwerkelijk gebruikt wordt.
De aanschafwaarde van een vast activum is het aankoopbedrag waar u bijkomende kosten bij optelt. U kunt hierbij denken aan transportkosten en plaatsingskosten. Het bedrag waarop u gaat afschrijven is de aanschafwaarde minus de eventuele restwaarde. U legt de aanschafwaarde vast met de wizard 'Waarden vaste activa bepalen'.
Mogelijk wilt u het vaste activum na de afschrijvingstermijn verkopen. Het bedrag waarvoor u het op dat moment denkt te kunnen verkopen. is de restwaarde van het vaste activum. Het bedrag waarop u gaat afschrijven is de aanschafwaarde minus de eventuele restwaarde.
Hier vindt u de afschrijvingstermijn in boekperiodes. Het aantal periodes wordt bepaald door de gekozen afschrijvingsmethode en het daarbij vastgestelde afschrijvingstype. Het aantal afschrijvingsperiodes hangt samen met het afschrijvingspercentage.
Hier ziet u welk deel er jaarlijks van het vaste activum wordt afgeschreven. Het afschrijvingspercentage wordt bepaald door de gekozen afschrijvingsmethode en het daarbij vastgestelde afschrijvingstype. Het percentage hangt samen met het aantal afschrijvingsperiodes.
Dit is een optelsom van alle afgeschreven bedragen in voorgaande jaren. Achter het gecumuleerde bedrag vindt u het aantal periodes van de afschrijvingen.
Dit is een optelsom van de afgeschreven bedragen in het huidige jaar. Achter het gecumuleerde bedrag vindt u het aantal periodes van de afschrijvingen.