Kenmerken

U gebruikt het scherm Kenmerken (in de map Kenmerken) om de artikelkenmerken te registreren die u in Isah gebruikt. Voor het overzicht kunt u kenmerken groeperen in kenmerkgroepen.

Soorten kenmerken

Er zijn twee soorten kenmerken: configuratiekenmerken en classificatiekenmerken.

Een configuratiekenmerk is een kenmerk met mogelijkheden, bijvoorbeeld het kenmerk ‘Kleur’ met de mogelijkheden ‘Rood’, ‘Wit’, ‘Zwart’. Krijgt een artikel het kenmerk ‘Kleur’ toegekend, dan moet op het moment dat het artikel door een klant besteld wordt, nog een configuratie plaatsvinden: de klant moet een kleur kiezen voor het te bestellen artikel.

Een classificatiekenmerk specificeert een artikel juist direct. Het artikel is bijvoorbeeld een stoel, en het kenmerk is de kleur ‘Zwart’. Bestelt de klant een zwarte stoel, dan kan er geen andere kleur gekozen worden. Een classificatiekenmerk heeft dus geen keuzemogelijkheden.

Kenmerken toekennen in Isah

Kenmerken zijn op de volgende plaatsen in Isah aanwezig:

• bij kenmerkgroepen
• bij artikelen
• bij objecten.

Bij het toevoegen of wijzigen van een artikel kunt u de kenmerken overnemen van de kenmerkgroep die u aan het artikel koppelt. Bij het toevoegen of wijzigen van een object kunt u de kenmerken overnemen van het artikel waarop het object is gebaseerd.

Let op: Kenmerken en mogelijkheden worden op lagere niveaus (artikel of object) slechts toegevoegd of gewijzigd. Zij worden niet verwijderd. Als kenmerken of mogelijkheden op een hoger niveau (kenmerk, kenmerkgroep of, in geval van objecten, artikel) worden verwijderd, betekent dit dus niet dat ze op een lager niveau ook automatisch verwijderd worden. U kunt de kenmerken van een artikel of object dan nog wel zelf wijzigen, verwijderen, of u kunt aanvullende kenmerken toevoegen. Hiervoor selecteert u het artikel in het scherm Artikelen en klikt u op de knop Kenmerken. U krijgt dan een overzicht van alle kenmerken die aan het artikel zijn gekoppeld.

Kenmerken kunt u in Isah gebruiken in de verkoopconfigurator, de productieconfigurator en in de module Objecten.

Voorbeeld